5x waarom hoogbegaafde kinderen schaken zo leuk vinden
Schaken is een ideaal spel voor hoogbegaafde kinderen. Slimme kinderen vinden schaken vaak geweldig leuk. Eindelijk een spel dat lekker uitdagend is én blijft! Ontdek wat schaken nu precies zo leuk maakt voor hoogbegaafde kinderen.
1. Schaken is makkelijk te leren, maar moeilijk te beheersen
Kinderen vinden het leuk om moeilijke dingen te leren, maar voor kinderen met een hoog IQ zijn veel dingen makkelijk. Dan is het fijn om iets tegen te komen dat je niet in één keer helemaal hebt doorgrond of beheerst.
Schaken is een spel dat zó rijk en complex is dat het enorm intrigeert en de natuurlijke leergierigheid aanwakkert. Tegelijkertijd is heel eenvoudig aan te leren, zelfs al door kleuters. Zodra de basisregels zijn aangeleerd, kun je al een potje schaken. Vanaf dat moment stap je een wereld binnen waar de (leer)mogelijkheden en uitdagingen onbegrensd zijn.
Hoogbegaafde kinderen gaan ‘aan’ bij het schaken
Zelfs als je nog maar net begint met schaken, krijg je al snel een voorproefje van wat het spel nog meer te bieden heeft. Waar andere kinderen balen als ze door hun tegenstander met een slimme truc zijn verslagen, zie je hoogbegaafde kinderen vaak ‘aan’ gaan. Hun ogen beginnen te glinsteren als ze zich realiseren wat er is gebeurd en wat voor fantastische nieuwe mogelijkheden dit soort trucs toevoegen aan hun toekomstige potjes schaak.
2. Schaken draait om pure denkkracht
Bij schaken heb je geen dobbelstenen of kaarten, er is geen verborgen informatie en de spelers hebben om-en-om evenveel beurten. Het is een zogeheten ‘combinatorisch spel’: geluk speelt geen enkele rol. Die duidelijkheid is iets wat veel hoogbegaafde kinderen erg prettig vinden.
Sterk rechtvaardigheidsgevoel
Een van de typische kenmerken van hoogbegaafdheid is een sterk rechtvaardigheidsgevoel. In het dagelijks leven kan dit lastig zijn, omdat het allerlei negatieve reacties oplevert. Kinderen die uiting geven aan hun rechtvaardigheidsgevoel worden hij vaak gezien als betweterig, koppig of overgevoelig. Dat maakt schaken zo’n toffe spelomgeving voor hb’er: het is volstrekt eerlijk.
Pure denkkracht
Schaken is je tegenstander verslaan op pure denkkracht. Voor hoogbegaafde kinderen is dat een heerlijke uitdaging, die volop bevrediging geeft als het lukt. Schaken vergt tactisch en strategisch denken, in je hoofd stappen zetten, creatieve oplossingen verzinnen en ook nog eens beroep doen op je geheugen: dat is een mix van precies díe elementen die een spel interessant maken voor hoogbegaafde kids.
3. Hoogbegaafde kinderen genieten van de schoonheid van schaken
Kinderen vinden schaakstukken er doorgaans fascinerend uitzien en zijn geïntrigeerd door de manieren waarop ze over het bord bewegen. Het hoge abstractieniveau spreekt hoogbegaafde kinderen extra aan.
Schaken is een symbolisch systeem met een zekere esthetiek; er zit schoonheid in logisch nadenken en het vergt creativiteit om verbluffende oplossingen te verzinnen. Zoals voetballiefhebbers kunnen genieten van een technische dribbel of spectaculaire omhaal, kunnen schakers vol bewondering zijn als denkwerk op het bord wordt opgevoerd: “Mooie zet, prachtige mat!”
Een mooi voorbeeld is hoe hoogbegaafde kinderen reageren op het herdersmat. Dat is een schaaktrucje waarmee je in 4 zetten van je tegenstander wint. Natuurlijk is dat winnen leuk, maar hoogbegaafde kinderen zijn bij het herdersmat ook meteen gegrepen door het idee erachter: als je slim nadenkt kun je schaakstukken laten samenwerken, waardoor ze veel sterker worden dan als losse stukken op het bord. Wauw, wauw en nog eens wauw!
4. Schaken laat je je eigen keuzes maken
Hoogbegaafde kinderen hebben een enorme behoefte aan vrijheid. Ze willen zelfstandig keuzes maken en dingen op hun eigen manier doen. De behoefte aan autonomie is bij hoogbegaafde kinderen groter dan bij andere kinderen, maar ze moeten zich vaak aanpassen aan anderen. Vooral bij jonge hoogbegaafde kinderen leidt dit vaak tot dwars en opstandig gedrag.
In het schaken vinden hoogbegaafde kinderen echter alle vrijheid om hun eigen keuzes te maken en hun eigen plan te trekken. Met relatief simpele regels maar oneindig veel mogelijkheden:
- Welke zet ga je doen?
- Durf je risico’s te nemen of speel je liever op safe?
- Welk niveau kies je (al dan niet bewust): denk je alleen na over de volgende zet, of probeer je ook al zetten vooruit te denken?
5. Schaken biedt een uitdaging met een open einde
Er zijn natuurlijk wel meer spellen die in de smaak vallen bij slimme kinderen. Neem smartgames als Rush Hour, Castle Logix, IQ Fit of een van de tientallen andere logische denkspelletjes die er te koop zijn. Smartgames zijn een soort driedimensionele puzzels, die kinderen met logisch nadenken moeten oplossen. Er zitten opdrachtkaartjes bij die oplopen in moeilijkheidsgraad. Het zijn spelletjes én je moet er lekker bij nadenken: een heerlijke combinatie voor kinderen die ervan houden om hun hersenen te laten kraken.
Het grote aanbod aan smartgames geeft aan hoe populair zijn ze. Niet alleen voor thuis, maar ook in het onderwijs. Vrijwel alle basisscholen in Nederland hebben ze wel in de kast staan. Ze worden vaak ingezet als extra uitdaging voor slimme leerlingen. Maar hoe leuk en uitdagend ze ook zijn, ze hebben wel één nadeel: als je alle opdrachtkaartjes hebt gehad, heb je het spel uitgespeeld.
Als je denkt dat je iets snapt, is er altijd weer een laag dieper. Het is die ontdekkingstocht die het schaken zo mooi maakt
Daarin onderscheidt schaken zich van smartgames. Het is een spel dat een uitdaging biedt met een open einde. Naarmate het eigen schaakniveau groeit, verandert ook het spel en de uitdagingen die erbij komen kijken.
Voor een kind dat net begint met schaken is een stuk slaan of schaakmat zetten al behoorlijk ingewikkeld, voor grootmeesters draait het om vele zettencombinaties vooruitdenken en strategische plannen maken – en alles daar tussen in. “Als je denkt dat je iets snapt, is er altijd weer een laag dieper”, legt KNSB-directeur Dharma Tjam uit. “Het is die ontdekkingstocht die het schaken zo mooi maakt.”
Schaken is een onoplosbaar spel
Bij schaken zijn geen opdrachtkaartjes en elke schaakpartij is anders. In 1905 sloeg de Amerikaanse wiskundige Claude Shannon aan het rekenen om te bepalen hoe complex schaken precies is. Hij kwam uit op een spelboom-complexiteit van minstens 10120 [10 tot de macht 120], het getal dat tegenwoordig het Shannon-getal wordt genoemd: eindeloos complex. Hoewel schaakcomputers met kunstmatige intelligentie inmiddels veel beter zijn in schaken dan zelfs de allerbeste schakers ter wereld, geldt schaken nog steeds als een onoplosbaar spel.
Alle kinderen hebben ontwikkelingsdrang. Maar kinderen die alles makkelijk vinden en gelijk snappen, lopen maar al te vaak tegen de begrenzingen van hun (school)omgeving aan. Alleen al het (onbewuste) besef dat schaken een spel is dat je nooit ‘uit’ kunt spelen, is superfascinerend en bijna bevrijdend voor hoogbegaafde kinderen.
Opgeluchte ouders: ‘We hebben eindelijk iets gevonden!’
Wat een spel geschikt maakt voor hoogbegaafde kinderen is uitdaging, de kans om te leren en de noodzaak om je kennis, creativiteit of denkvermogen toe te passen. Schaken heeft een heleboel van deze aspecten die slimme kinderen triggeren en boeien. Ze raken geïntrigeerd door de analyse en de strategie die bij het spel horen.
Ouders van hoogbegaafde kinderen voelen zich dan ook vaak opgelucht als hun kind gaat schaken en gegrepen raakt door het spel. Want het opvoeden van een hoogbegaafd kind kan best lastig zijn. Vooral als een kind heel intensief is of wanneer het probleemgedrag laat zien als gevolg van onvoldoende uitdaging.
Met schaken heb je als ouder een spel te pakken dat meegroeit met de ontwikkeling van je kind, omdat het oneindig veel moeilijkheidsniveaus heeft. Hetzelfde spel dat op een kind als 6-jarige uitdaging en plezier biedt, doet dat nog steeds als het kind 10, 14, 51 of 93 jaar oud is.