Blunders door wereldtoppers
In de blog Wereldberoemd door schaken eindigde ik ermee dat ook de sterkste schakers op aarde fouten maken. Vaak is zo’n fout heel subtiel en hebben de meeste toeschouwers niet eens door dat er een minder goede zet wordt gespeeld. Maar soms, heel soms, gaat het gruwelijk mis.
Kijk maar eens naar het volgende filmpje. Oud-wereldkampioen Viswanathan Anand (je weet wel die man van dat verkoudheidsspotje) neemt het in een partij met versneld speeltempo (rapid) op tegen Vassily Ivanchuk uit Oekraïne, voormalig nummer twee op de wereldranglijst. Start het filmpje in op 3:17, om direct naar het moment te gaan waarover het gaat.
Ja, het is echt waar! Ivanchuk mist mat in één en verliest de partij zelfs nog. De verbazing is dan ook ongelooflijk groot. Zoiets gebeurt zelden. Laten we het moment, vlak voor het mat, er nog even bij pakken:
Ivanchuk heeft Anand zojuist schaak gezet met zijn toren. Anand heeft vijf verschillende zetten om het schaak op te heffen, maar geen van alle kunnen voorkomen dat wit snel mat gezet gaat worden.
Speelt wit de koning schuin omhoog (weggaan), dan zet zwart de toren heel dicht op koning. Dat ziet er zo uit:
De koning mag niet weg (op alle rode velden staat de koning schaak), de toren kan niet geslagen worden (wordt gedekt door de dame) en tussenplaatsen is niet mogelijk. Wit staat schaakmat!
In de eerste stelling (in schakerstaal ook wel diagram genoemd) kan wit er ook voor kiezen om een paard of dame tussen te plaatsen. Echter, deze stukken kan zwart met de toren slaan, waarna wit een hoop punten kwijtgeraakt is en nog steeds hetzelfde probleem heeft als in de eerste stelling:
De koning moet nu alsnog weg! Zwart kan dan op de volgende zet mat geven.
Gaat de koning namelijk schuin omhoog dan zet zwart de toren weer heel dicht op de koning (zie diagram 2).
Gaat de koning naar onderen, dan zet zwart de dame heel dicht op de koning. Dat ziet er zo uit:
De koning mag de dame en/of toren niet slaan, omdat deze elkaar dekken. Weggaan mag ook niet, want op alle rode velden staat de koning schaak.
Anand koos ervoor om de koning naar achteren te spelen:
En nu gebeurde het onvoorstelbare! Ivanchuk dacht 30 seconden na, maar zag niet dat hij de toren in de hoek kon slaan. Had hij dat wel gedaan, dan staat wit mat:
Dit matbeeld staat ook wel bekend als het trappetjesmat. De dame en de toren werken goed samen. De dame zorgt ervoor dat de koning niet kan bewegen op de onderste rij, terwijl de toren verhindert dat koning naar de tweede rij kan vluchten!
Een wereldtopper die mat in één mist, dat gebeurt nooit meer, toch? Nou, wat te denken van het volgende voorbeeld:
Deep Fritz 10 - Vladimir Kramnik, 2006
Zoals je waarschijnlijk al aan de naam kunt zien, is de witspeler een computerprogramma. De zwartspeler is de wereldkampioen van dat moment. Hij onttroonde Garry Kasparov door hem in een match (in het jaar 2000) met 8,5-6,5 te verslaan. Uit mijn vorige blog weet je misschien nog wel dat Kasparov verslagen werd door het computerprogramma Deep Blue. Dat was toen een grote sensatie. Ook Kramnik waagde zich een paar jaar later aan een match tegen een sterke computer. In 2002 wist hij nog 4-4 te spelen, maar in 2006 trok hij aan het kortste eind: de computer won de match met 4-2.
Van grote invloed op de einduitslag was bovenstaande partij. Zwart dacht maar liefst 10 minuten na en speelde een zet met de dame. Kramnik ging voor zijn eigen kansen, maar vergat daarmee volledig dat zijn tegenstander ook plannen had:
De wereldkampioen overziet mat! Een onvoorstelbare blunder.
Kijk nog eens naar het vorige diagram. Als zwart de koning een veld naar links had gespeeld (in plaats van een zet met de dame), was er niets aan de hand geweest. Als wit dan alsnog de dame dicht op de koning had gezet (niet slim!), dan zou zwart met de koning kunnen vluchten door het paard te slaan.
Goed, ik zal nog één fragment tonen van een verschrikkelijke blunder van een wereldtopper. Mat in één missen of toelaten is natuurlijk een fout van jewelste, maar zomaar een stuk laten slaan, valt ook in de categorie ‘onhandig’. Zeker als dit ook nog eens het meest waardevolle stuk van het bord is:
Tigran Petrosian- David Bronstein, 1956
Petrosian, wereldkampioen van 1963-1969, vergat hier even dat zijn dame werd aangevallen. In plaats van de dame weg te halen, speelde hij zijn paard (zie groene pijl). Bronstein, die in 1951 om de wereldtitel speelde, liet deze kans natuurlijk niet onbenut. Hij sloeg de dame, waarna wit direct opgaf. Een dame achterstand op dit niveau is niet meer goed te maken.
Denk na het zien van deze voorbeelden nu niet dat hele sterke schakers er niets van kunnen. Het feit dat ik hier aandacht aan besteed, betekent dat het heel bijzonder is dat wereldtoppers een grote fout maken. Om heel goed te worden, moet je heel veel oefenen en dan nog is het niet voor iedereen weggelegd om de top te bereiken.
Toch is het fijn om te zien dat de beste schakers van de wereld ook maar gewoon mensen zijn en dat iedereen fouten kan maken. En fouten maken is helemaal niet erg. Sterker nog, hier leer je ook weer van!
Leuk is het natuurlijk niet om fouten te maken. Dit gold zeker voor de oud-wereldkampioen Kasparov. Hij had grote moeite om zijn emoties onder controle te houden tijdens een partij. Niet altijd even handig als je net een fout gemaakt hebt:
Maak je een fout tijdens de partij en heb je dit door, probeer dan niets te laten merken. Ook dit is iets wat je moet leren. Door onverstoorbaar achter je bord te blijven zitten, denkt je tegenstander misschien wel dat er een valstrik achter je laatste zet zit en straft ie je fout daarom niet af! En wie weet, als je heel veel blijft oefenen, word je dan misschien nog wel een betere schaker dan Kasparov!