Ontwikkelen 1

In de beginopstelling staan de stukken niet ‘actief’. Alle stukken staan broederlijk naast elkaar, maar ze werken niet mooi samen. Door je stukken naar actieve posities in het spel te brengen kunnen ze gaan coördineren. Actieve stukken zijn stukken met veel bewegingsvrijheid. Vaak hebben ze ook een belangrijk doelwit in het vizier, of strijden de stukken voor het centrum. 

In tegenstelling tot de lessen binnen de openingstrainer, is een bepaalde ontwikkelingszet in deze les steeds aanzienlijk beter dan alle alternatieven. 

Wat moet je doen? 

Probeer de meest optimale ontwikkelingszet te vinden. Dit betekent dat je een stuk vanuit de beginopstelling naar een actief veld speelt. Ook is het vaak een goed idee om te rokeren.